Begeleid ontdekkend leren

Begeleid ontdekkend leren beschrijft een methode waarmee je in zes concrete stappen mensen met een verstandelijke beperking ondersteunt bij het zelfstandiger wonen, werken en leven. Met behulp van het Eigen Initiatief Model kan iedereen heel praktisch de supportvisie in zijn of haar werk toepassen. Bij begeleid ontdekkend leren helpen begeleiders cliënten bij het ontwikkelen van drie vaardigheden: een plan maken, volgen en bijsturen en terugkijken. Moeilijker is het niet.

Supportvisie

Begeleiders die tegenwoordig mensen met een (verstandelijke) beperking ondersteunen, doen dat vanuit de supportvisie. Tenminste, dat verwachten zorgorganisaties van hen. Mensen met een beperking maken een ontwikkeling door van afhankelijkheid naar zelfbepaling. Ze zijn burgers als ieder ander, die regie over eigen leven willen.

Ondersteunende taak

De taak van begeleiders is met de supportvisie veranderd van overnemen naar ondersteunen. Een taak die om een nieuwe attitude en nieuwe werkwijzen vraagt. Begeleid ontdekkend leren is zo’n werkwijze: een methode waarmee begeleiders support echt in praktijk kunnen brengen. Doelgericht, concreet en volgens een duidelijk stappenplan.

Het Eigen Initiatief Model

Wie met cliënten begeleid ontdekkend leren toepast, zorgt ervoor dat hun flexibiliteit en zelfstandigheid daadwerkelijk toenemen. De cliënt krijgt binnen zijn mogelijkheden meer invloed op zijn eigen leven, meer plezier in zijn taken, leert zelf te kiezen en voelt zich versterkt in zijn zelfbeeld.

Begeleid ontdekkend leren is een praktische uitwerking van het Eigen Initiatief Model. Met dit model leren mensen met een beperking denkvaardigheden in zes stappen:

1. Stap 1 Bewust kiezen voor begeleid ontdekkend leren
2. Stap 2 Een leerplan maken
3. Stap 3 De leersituatie voorbereide
4. Stap 4 Aan de slag in de leersituatie
5. Stap 5 Terugkijken op de leersituatie: het leergesprek
6. Stap 6 Terugkijken op het leerplan

Voor wie?

Begeleid ontdekkend leren is bedoeld voor begeleiders in het werkveld en voor studenten in het middelbaar en hoger beroepsonderwijs.