De onderlinge belofte

Van verzet naar zorg

Op 13 oktober 1944 kwamen eenentwintig vertegenwoordigers van verzetsorganisaties bij elkaar. Zij vertegenwoordigden het hele spectrum van het verzet tegen de Duitse bezetter: van de linkervleugel tot de rechtervleugel, van het gewapend verzet tot de illegale pers. Allen hadden strijdmakkers die waren weggevoerd en omgekomen of die waren gepakt en geëxecuteerd. Allen kenden ook gezinnen van verzetslieden die waren achtergebleven. Zij hadden hun medestrijders beloofd dat zij die gezinnen zouden bijstaan. Zij hadden ook beloofd dat zij hun invalide geworden vrienden zouden ondersteunen. Deze onderlinge belofte werd nog tijdens de Tweede Wereldoorlog officieel bekrachtigd. Op 13 oktober 1944 werd de akte ondertekend waarmee Stichting 1940-1944 werd opgericht. Het jaar 1944 bleek niet het einde te brengen aan de oorlog en om die reden werd de naam: Stichting 1940-1945.

Zeventig jaar

De stichting bestaat nog steeds. In de loop der jaren breidde de stichting haar zorg uit tot vervolgingsslachtoffers, burgeroorlogsslachtoffers en de kinderen en partners van verzetsmensen. De stichting zet zich veelzijdig in voor deze doelgroepen, onder andere door het bieden van juridische bijstand, het uitbetalen van pensioenen en het lobbyen voor betere wetgeving met betrekking tot verzetsdeelnemers. Met veel aandacht voor persoonlijke verhalen brengen de auteurs de zeventigjarige geschiedenis van de stichting in beeld. In vogelvlucht wordt u meegenomen langs de belangrijkste ontwikkelingen en gebeurtenissen in de afgelopen decennia. De onderlinge belofte uit 1944 is de leidraad van het boek.

In de pers

"Het [boek] is geschreven in een heldere, vlot leesbare stijl." - Jan Hendriks (Hoogeveensche Courant, 7 augustus 2015).