Wim van Dinten
Wim L. van Dinten (Leiden, 1940) is een Nederlands ingenieur, organisatiekundige en hoogleraar Bedrijfskundige Analyse en Synthese aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Van Dinten studeerde wiskunde aan de Technische Universiteit Delft. Vanaf 1968 ontwikkelde hij voor Philips in het Klinisch Chemisch Laboratorium van het Rotterdamse Dijkzigtziekenhuis de eerste versie van een laboratoriumsysteem in Nederland en werd aansluitend hoofd van de groep Systeem-markt-ontwikkeling in de Gezondheidszorg.
Na de fusie tussen de Raïffeisen- en Boerenleenbank kreeg hij eind 1973 de leiding over de automatisering van de Rabobank. In 1982 werd hij voorzitter van het het Europese platform Bank Operations voor directeuren van automatiseringsdivisies van de grote West-Europese banken. Via dit platform werd overeenstemming bereikt over het gebruik van de open architectuur voor communicatie en werd marktleider IBM gedwongen deze voor Europa te accepteren, naast haar eigen SNA-architectuur. Hij is een van de twee statutaire oprichters van Het Expertise Centrum, dat de overheid adviseert op het terrein van informatievoorziening.
In 1984 werd hij directeur strategie van de Rabobank waar hij o.a. samenwerkte met Pierre Lardinois, Herman Wijffels, Baron Otto van Verschuer, Wim Meijer. Hij was sterk voorstander de Rabobank coöperatief te houden en slaagde erin dat over te brengen op de hele organisatie. Zijn gelijk is moeilijk aan te tonen, maar feit is dat de Rabobank minder gevoelig blijkt te zijn voor conjunctuur fluctuaties en economische recessie.
In 1989 werd hij bijzonder hoogleraar Bedrijfskundige Analyse en Synthese aan de Erasmus Universiteit en doceert daar nog steeds Interventiekunde. Wim van Dinten stond samen met onder andere Uri Rosenthal en Roel in 't Veld aan de wieg van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur die door hen in 1988 werd opgericht. Hij was er 12 jaar kerndocent.
In 1999 schreef hij met Alexander Rinnooy Kan en Rijkman Groenink over de gevolgen van internet voor het Nederlands bankbedrijf, waarin hij wederom als uitgangspunt de samenleving kiest en hoe mensen daarin acteren. De coöperatieve vorm naast de gebruikelijke NV-vorm in de financiële wereld houdt hij daarin staande en geeft aan hoe moderne technologische ontwikkelingen daarbij kunnen helpen. In 1999 verliet hij de Rabobank. Hij ontwikkelde op basis van zijn ervaringen en waarnemingen een nieuwe theorie over organiseren. In 2000 richt Van Dinten Stichting Sezen op, waarin zijn gedachtegoed verder wordt ontwikkeld en uitgebracht.
Sinds 1987 houdt Wim van Dinten zich bezig met betekenisgeving. Eerst met vragen als: wat is betekenisgeving nou eigenlijk? Welke fundamenteel verschillende vormen zijn er? Hoe herken je betekenisgeving in wat mensen doen? Zijn ontdekkingsreis en bevindingen schreef hij op in "Met Gevoel voor Realiteit" (Eburon, 2002). Hij voegde terloops nieuwe begrippen aan het Nederlands toe, zoals sociale samenhang, zelfreferentialiteit en definitie van de situatie.
Met Imelda Schouten schreef hij "Zijn zij gek of ben ik het?" (Eburon, 2008) om betekenisgeving bruikbaar te maken voor mensen die zich met organiseren bezighouden. Contextgedreven werken en organiseren werden erin gelanceerd.
"Voorbij het vanzelfsprekende" verscheen bij Prometheus in 2014. Daarin tonen ze hoe vormen van betekenisgeving door de tijd veranderden en er in deze tijd uitzien. Er komt van alles langs: van de invloed van de omgeving op oordeelsvorming tot taalgebruik en culturele misverstanden, van robuustheid van oriëntaties tot verslaving, van waarneming van stadiumgewijs verlopende evoluties tot buitenlandpolitiek. Wat mensen doen blijk je expliciet te kunnen verbinden met hoe ze in de wereld staan.