Alfred Adler
Alfred Adler (1870-1937) geldt tezamen met zijn tijdgenoten Sigmund Freud en Carl Jung als grondlegger van de moderne dieptepsychologie. Hij was de geestelijk vader van de 'Individualpsychologie', waarin de overtuiging centraal staat dat elk individu een unieke en aparte eenheid vormt. Adler meende dat de mens slechts begrepen kan worden als een ondeelbaar persoon met een geheel eigen «levensoriëntatie», en niet als een optelsom van elkaar onderling beconcurrerende neurosen en verdringingen. De termen die hij hanteerde, zijn later psychologische kernbegrippen geworden, zoals 'minderwaardigheidscomplex', 'geldingsdrang', 'machtsstreven', 'gemeenschapsgevoel', 'overcompensatie' en 'het creatieve zelf'.